Beheert u een bedrijf of instelling , instelling of groepsaccomodatie of bent u van plan er een op te richten? Dan moet u een aantal maatregelen nemen om dat gebouw of bouwwerk brandveilig te gebruiken. Afhankelijk van de aard van het gebruik moet u een omgevingsvergunning aanvragen. Soms kunt u volstaan met slechts een melding.
Bij het Omgevingsloket kunt u een vergunningscheck doen om te bepalen of u een omgevingsvergunning nodig heeft voor brandveilig gebruik.
De eisen voor het verstrekken van een omgevingsvergunning of een melding verschillen per inrichting. Dit geldt ook voor de informatie over de inrichting die u moet overleggen. Het bevoegd gezag zal u aangeven wat u aan documenten moet meenemen of opsturen.
Het is ook mogelijk de vergunning via een formulier bij de gemeente aan te vragen.
Voor een omgevingsvergunning brandveilig gebruik moet een zogenaamde uitgebreide voorbereidingsprocedure worden gevolgd. Voor de uitgebreide voorbereidingsperiode geldt een doorlooptijd van 6 maanden met een mogelijke verlenging van 6 weken. Bij een uitgebreide voorbereidingsprocedure wordt voorafgaande aan de vergunning een ontwerpbeschikking opgesteld en worden belanghebbenden in de gelegenheid gesteld zienswijzen in te dienen. Bij een melding is de voorbereidingstijd maar 4 weken.
De standaardvoorschriften voor brandveiligheid zijn altijd van toepassing, ook als er geen vergunnings- of meldingsplicht is. Deze voorschriften zijn vastgelegd in het Bouwbesluit 2012. De voorschriften gaan over onderhoud aan brandveiligheidsvoorzieningen, inrichting van vluchtwegen en de afwerking of aankleding. Deze eisen zijn bedoeld om brand te voorkomen en om de gevolgen te beperken als er toch brand uitbreekt.
Als u op 1 november 2008 al een gebruiksvergunning heeft of voor die datum een gebruiksvergunning had aangevraagd, dan is het niet noodzakelijk nu daarvoor een omgevingsvergunning aan te vragen.
Deel deze pagina op